Museumdeur op een kier, 7 mei: Trudy Schipper

Rondleider en museumdocent Trudy Schipper vertelt over een oud Briels Klooster en over de opgravingen die bij de resten van het gebouw werden gedaan

Mijn naam is Trudy Schipper. Ik geef rondleidingen door Brielle en in het Historisch Museum Den Briel.

Deze plek, het Zusterhof, bezoek ik meestal bij mijn rondleidingen. Ook hier kom je in aanraking met het rijke verleden van Brielle.

In de vaderlandse geschiedenis staat Brielle vooral bekend om de inname door de watergeuzen. In de middeleeuwen vond men hier een welvarende stad met een rijk katholiek kloosterleven.
In de zestiende eeuw beschikt de stad over zeven kloosters, waarvan er vijf binnen de stadsmuren staan. In het museum zien we dat op de kaart van Van Deventer.

Op de plek waar ik nu sta, stond het Sint-Catharinaklooster, ooit het grootste klooster van Brielle. In 1423 kopen drie vrouwen een huis waarin zij afgezonderd van de buitenwereld gaan samenleven en werken. Zij besluiten te leven volgens de derde regel van Franciscus en sluiten zich aan bij het kapittel van Utrecht. In de jaren daarna groeit het klooster uit tot een groot complex:
– het hoofdgebouw;
– een zusterhuis met kapel en altaar, beelden en gebrandschilderde ramen;
– een paterhuis voor de pater die niet in het klooster zelf mocht wonen;
– een melkhuis;
– een weefhuis,
– een brouwerij;
– een rosmolen;
– een plek voor vee.
De zusters deden alles binnen de muren van het klooster: wonen, koken, werken en slapen. Dit kunnen we terugzien in allerlei gebruiksvoorwerpen die met de opgraving naar boven zijn gekomen, met name veel aardewerk.

In 1480 deed zich een opvallende gebeurtenis voor: een paar schutters vallen tijdens hun schuttersfeest het klooster binnen en stelen een ram en een ton bier. Door de Vrouwe van Voorne werden zij hier zwaar voor gestraft. Het feest wordt afgeschaft en de schutters moeten op hun knieën om vergeving vragen.

In 1572 wonen er in totaal elf zusters en één pater. Enkele jaren later nemen de Staten van Holland het klooster over. Er komt een buskruitfabriekje en tot 1581 is er in het oude paterhuis een bierbrouwerij. In de jaren na 1576 wordt het complex verbouwd tot Commandeurshof. Deze functie behoudt het oude klooster tot de sloop in 1734.

Naar de resten van de gebouwen is onderzoek gedaan dat ons veel vertelt over de manier van leven. Afvalkuilen vormen een schat aan informatie. Er worden door archeologen 1877 scherven aardewerk gevonden. Verder vinden zij een halve dikke plavuis van rode klei, waarop de afbeelding van een non staat, waarschijnlijk afkomstig uit het hoofdgebouw. 

Gedeelte van een plavuis met de uitbeelding van een kloosterzuster, roodbakkend klei met loodglazuur, midden 15de eeuw

Veel vondsten van kloosters in Brielle kunnen bekeken worden in het Historisch Museum Den Briel. 

Ga naar de inhoud