Door Marijke Holtrop, hoofd Historisch Museum Den Briel
Gijsbertus Martinus Wilhelmus Franciscus van Waning werd op 4 september 1887 in Den Haag geboren. Als kind was hij al bezig met tekenen en boetseren. Eenmaal dertien jaar leerde hij van zijn vader de techniek van het schilderen. Nadat hij zijn studie aan de Delftse Hogeschool had afgerond was hij korte tijd werkzaam in de techniek. Hij besloot van schilderen en beeldhouwen zijn vak te maken en volgde lessen bij kunstenaars als Charles Dankmeijer (1861-1923) en Willem de Zwart (1862-1931, pseudoniem voor Willem van Stade).
Rond 1900 trok Van Waning naar Wiesbaden waar hij veel van zijn schilderijen verkocht. Zijn atelier bevond zich aanvankelijk op de Taunusberg. Later kreeg hij een balzaal in het hotel Metropole als atelierruimte tot zijn beschikking. In ruil daarvoor voorzag hij het hotel van wanddecoraties. Hij exposeerde tevens in Düsseldorf, Barmen, Hamburg en Landau.
In het Metropolehotel ontmoette Van Waning de rijke Russische grootvorst Orlov die hem uitnodigde mee op reis te gaan. Van Waning accepteerde dat aanbod op voorwaarde dat hij Orlovs particuliere secretaris zou worden met een minimale werktijd in die functie en een veelheid aan tijd om te tekenen en schilderen. Orlov nam Van Waning mee op reis naar Frankrijk, Italië, Spanje en Noord-Afrika waar hij zich als schilder kon uitleven en veel werk verkocht.
Na de dood van de grootvorst vestigde Van Waning zich in het Duitse dorpje Rees. In 1917 keerde Van Waning terug naar Nederland. De waardering aldaar voor zijn werk bleef ver achter bij die in de tijd dat hij buiten Nederland verbleef. Aangetoond kan worden dat hij in 1923 in Oostvoorne woonde. Hij etste en tekende in die periode menig Briels stadsgezicht. Na een verblijf in Engeland kwam hij in 1926 op de Veluwe terecht. Daar schilderde hij in 1933 wat bekend is geworden onder de naam “Twaalf grote Veluwewerken”.
Vanaf 1934 woonde Van Waning op Schiermonnikoog, waar hij zijn atelier vestigde in de voormalige zeevaartschool. Tijdens de Tweede Wereldoorlog werd het atelier gebombardeerd en een groot deel van Van Wanings werk, waaronder de Veluwewerken, werd vernietigd en hijzelf ernstig gewond raakte. In 1961 maakte Van Waning voor Schiermonnikoog het beeld van de ‘Schiere Monnik’. Het staat in de Willemshof naast het gemeentehuis, in het centrum van het dorp. Van Waning overleed op 7 juli 1972 in Dokkum, 85 jaar oud.
In de schilderijen van Van Waning is de invloed van de Haagse School duidelijk te zien. Aanvankelijk werden zijn schilderijen gekenmerkt door zware en sombere kleuren, maar dat maakte na verloop van tijd plaats voor een levendig en helder kleurgebruik waarbij de nadruk lag op ruimte, licht en harmonie. Hij was een meester in het schilderen van wolkenpartijen waar het zonlicht van achteren doorheen schijnt. Hij schilderde onder meer watergezichten en landschappen. Behalve als schilder was Van Waning ook actief als beeldhouwer, medailleur, boekillustrator en graficus. Zijn etsen vertonen door het lichtgebruik een Rembrandteske sfeer.
Brielse stadsgezichten en gebouwen vormen een belangrijk deel van Van Wanings oeuvre. Voor de tentoonstelling Het Brielle van Martin Van Waning, die tot en met oktober 2009 in het Historisch Museum Den Briel te zien was, werden deze werken samengebracht en gepubliceerd in een boekje dat nog in de museumwinkel te koop is. De tentoonstelling kon worden georganiseerd dankzij de bereidwillige medewerking van Arjo Zwart, dè verzamelaar van Martin van Waning, die zijn gehele collectie Van Wanings voor de tentoonstelling in bruikleen afstond.